Rondreis met kids door Schotland: een schot in de roos!

Ben je met kids gedoemd tot een klassieke strandvakantie? Denk eens out of the box en neem je kroost mee op campertrip naar een niet zo voor de hand liggende bestemming. Schotland bijvoorbeeld! Wedden dat ze het beklimmen van een slapende trol en het zoeken naar feeën onvergetelijk vinden?
Fly & camper vanuit Edinburgh

Slow travel met een camper is en blijft onze favoriete manier van reizen, maar na meer dan twintig jaar heb je alle dichtbij bestemmingen wel gehad. De ideale oplossing? Het vliegtuig op en een huurcamper in.
Schotland staat al heel lang op mijn verlanglijstje, alleen zag ik er enorm tegenop om met onze eigen camper het kanaal over te steken. Waarom?
- Aan de overkant van het kanaal geraken, (met de boot of door de tunnel) hangt een stevig prijskaartje aan.
- Links rijden met je stuur aan de ‘foute’ kant en een kilometerteller in kilometer per uur en niet mph lijkt me gewoon heel stresserend. Zeker nu hoe ik weet hoe smal de Schotse wegeltjes zijn!
- Time is money. We wilden liefst buiten het zomerseizoen gaan en hadden met de schoolvakanties dus max. 2 weken de tijd.
Go Goboony!
Voor ons vertrek chatten we via de Goboony website al uitgebreid met Kerry en David, onze camperverhuurders. Ze hebben enkele maanden voordien hun eerste camper gekocht en willen die liefst met anderen delen. Er wordt zoveel over en weer gestuurd, dat het wel lijkt alsof we een camper van kennissen huren. Ze maken het ons dan ook zo gemakkelijk mogelijk: ze zorgen voor verse lakens en handdoeken, een basisvoorraad boodschappen en een flesje wijn in de koelkast. Onze luxueuze Bürstner heeft zelfs WiFi, dat zorgt voor blije tieners! Na een uitgebreide instructieronde in ons huis op wielen, wippen we onze valiezen in de ruime koffer. Onze rondreis kan beginnen.

Stress onderweg
Links rijden met een camper die je niet gewend bent, dat is niet van de poes. Zeker omdat het na onze stop bij ‘de Lidl’ al pikdonker is. Ik ben heel blij dat ik niet zelf achter het stuur zit, maar zelfs op de passagiersstoel knijp ik verschillende keren mijn billekes toe. De wegen zijn smal, heel smal en het doorgaand verkeer, inclusief zware vrachtwagens, komt op een stevig tempo vanuit de tegenovergestelde richting. Nu begrijp ik waarom er aan de spiegel aan mijn kant al wat schade is (trouwens netjes gemeld door David voor ons vertrek). Gelukkig heb ik onze eerste overnachting niet te ver weg gepland: we slapen vannacht op een parking met uitzicht op Linlithgow castle. Het is er rustig, we hebben bij het ontbijt een mooi uitzicht op het kasteel en onze kroost vermaakt zich met de vele zwanen en ganzen. Er is trouwens ook een klein speeltuintje en een openbaar toilet.
Camperplaats: N 55°58’36.4″ – W 3°36’23.3″ (volg bordjes Water Yett)
Toffe technologie
Bij daglicht is het al een stuk minder beangstigend om met onze gloednieuwe, Schotse camper on the road te zijn. Het is frisjes vandaag en ik ben blij dat we ons thermisch ondergoed, warme sokken en een winterjas meesleepten. The Kelpies, twee glinsterende paardenhoofden van bijna dertig meter hoog die mythische waterwezens voorstellen, blazen ons helemaal van onze wollen sokken. De ongelofelijke bouwwerken uit 300 ton bouwstaal, ontworpen door de Schotse kunstenaar Andy Scott, torenen uit boven het Forth & Clydekanaal en zijn een knap staaltje bouwkunde. Ook het Falkirk-wiel, de enige roterende scheepslift ter wereld, doet onze monden openvallen van verbazing. We hadden verwacht hier de nacht door te brengen, maar buiten de scheepslift is er maar weinig te zien. De ‘camperplaats’ blijkt een parking zonder faciliteiten en dus besluiten we nog maar wat verder te bollen.




Voor een bezoek aan Stirling Castle zijn we te laat, maar de zonsondergang over de reusachtige begraafplaats maakt veel goed. Op de terugweg naar onze camper wandelen we voorbij restaurant/hotel Portcullis: de haard brandt en de Schotse kost is hartig en warm. Héérlijk.
Off season
Het toeristische seizoen is net ten einde en de plekjes die anders volstromen met motorhomes, hebben we quasi voor ons alleen. In het populaire natuurgebied Loch Lomond & The Trossachs heb je in de zomermaanden een vergunning nodig om te kamperen, nu kiezen we zelf aan welke oever we stoppen. Natuurlijk laten we elk plekje achter zoals we het gevonden hebben: het ‘leave no trace’ principe is voor ons als campercrew heilig. In het donker komen we toevallig voorbij een parking waar we nog 1 andere camper spotten. Het blijkt een topplekje te zijn: vlak, rustig en het startpunt van enkele leuke wandelingen. Zowel The Drum Woods Play Trail als het uitzichtspunt op Loch Venachar zijn de moeite meer waard. Eigenlijk vind ik dit soort klein gelukskes het leukste aan reizen met een camper. Je verwacht helemaal niks en krijgt een klein stukje paradijs.





Camperplaats: N 56°13’35.8″ – W 4°20’31.2″ The Druim Woods
On top of the world
Onze beentjes zijn warm gelopen en het is prachtig weer, dus besluiten we nog een wandeling te maken en wát voor eentje. De beklimming van Ben A’an is met z’n 4 kilometer niet echt een uitdaging te noemen maar het pad klimt steil en met dit warme weer pellen we al gauw al onze laagjes af. Wie had gedacht dat we hier in de herfst zouden zweten? De beloning op de top is echter onbetaalbaar, de Schotse natuur is zo indrukwekkend dat we er allemaal stil van worden.






Camperplaats: N 56°12’47.2″ – W 4°23’37.0″ (Leannach – heel eenzaam en stil, in de zomermaanden heb je hier een permit nodig – www.lochlomond-trossachs.org)
Up the Hill!
Vandaag stond de Three Lochs drive op het programma, een pittoreske rit langs drie meren. Die beloofde een adembenemend landschap met de kans op het spotten van herten en zelfs een visarend. In de plaats daarvan staan we voor een gesloten slagboom, de route is al dicht voor het winterseizoen. Gelukkig zijn we als ervaren camperaars voorzien op onverwachte wendingen en met dit zonnige weer is het geen straf om een extra wandeling te maken. Vanaf de parking in Balmaha volgen we het slingerende pad door het Queen Elizabeth Forest Park richting Conic Hill. Het mos is groener dan groen is en de eiken lijken wel sprookjesfiguren. ‘Conic’ komt dan ook van het Gaelic coinneach wat bemost betekent. Onze route van vandaag volgt een stukje van De West Highland Way en trakteert ons opnieuw op een pareltje van een een 360° view. Het water van Loch Lomond glinstert aan onze voeten en in het noorden spotten we de zuidelijkste munro* Ben Lomond. Wie flink wandelt, krijgt lekkers en dus is er bij terugkeer warme chocolademelk voor de kids en een dram Schotse whisky voor mij. Slàinte!
*Een Munro is een Schotse berg met een top hoger dan 3000 voet, vernoemd naar Hugh Munro die als eerste en complete lijst van deze bergen probeerde op te stellen.



Verborgen vallei
Langs de A82 doorkruisen we de oogverblindende vallei van Glen Coe, waar zich na elke bocht een volgende fotostop aandient. Zelfs op de achterbank wordt er even niet meer op de schermpjes gekeken, en dat wil heel wat zeggen in tienerland. De diepe vallei en de hoge bergen zijn eeuwen geleden uitgesleten door ijzige gletsjers en vulkanische ontploffingen. Dat schiep een buitenaards decor dat je tegenkomt in heel wat bekende films, denk James Bond en Harry Potter. Een goede reden voor een wandeling volgens onze potterheads.

Nadeel van het gebied is dat het weer er heel onverwachts kan omslaan en onze hike naar Coire Gabhail, in de volksmond beter gekend als the Hidden/Lost Valley, wordt nat en mistig. Het smalle pad is op sommige plaatsen behoorlijk glibberig en naast de steile afgrond heb ik toch wat last van knikkende knietjes. Tredzekerheid is met dit natte weer toch wel een must. Ik kan me amper voorstellen dat Clan Macdonald de achterliggende vallei gebruikte om vee te verbergen. Moesten al die dieren langs dit pad naar boven? Onze kids daarentegen klimmen en klauteren enthousiast en doorkruisen met plezier de rivier. Wanneer we op de terugweg door een smalle rotsspleet kruipen om een te gladde afdaling te vermijden, kan hun dag niet meer stuk.


Camperplaats: Glen Coe An Torr – N 56°39’42.5” W 5° 03’24.5”
Op bezoek bij de oude man
Elke Schot die we ontmoeten, noemt Skye als eerste in het lijstje van must visit bestemmingen. Dus steken we de Skye Bridge over voor een proefje van het eilandleven. De magie van Glen Coe lijkt ons moeilijk te overtreffen, maar ook Skye blijkt betoverend. Ruig, groen en volgens onze tienerzoon gewoonweg epic. The Old man of Storr op het Trotternish schiereiland is een iconische rots, waar je met z’n 50 meter hoogte moeilijk naast kunt kijken. De wandeling er naartoe is de populairste – lees: drukste – van het eiland. Maar onze timings zitten goed, want ook hier is het laat in de namiddag verbazingwekkend rustig. De oude man is eigenlijk maar een van de vele fascinerende rotsformaties die samen The Sanctuary worden genoemd. We dwalen langs The Needle en The Cathedral en trotseren de ijskoude, strakke wind op de heuvel. Hoe hoger we klimmen, hoe modderiger het pad, maar hoe mooier het uitzicht. Het avondlicht is prachtig en we kunnen maar geen genoeg krijgen van deze mystieke plek. Wanneer het begint te schemeren, lijken we nog de enige mensen in de omgeving, plotseling voelt het eerder creepy tussen de zwarte obelisken. De afdaling gaat meteen een stukje sneller…
Jaja, wij zijn echte camperhelden. Not.


Camperplaats: Staffin Slipway – N 57°37’60” – W 6°11’55”
Op zoek naar feeën!
Vandaag op het programma: feeën spotten. Onze zoektocht start bij Uig aan The Fairy Glen terwijl de regen met bakken uit de hemel valt. De heuveltjes gaan schuil onder een groene mosdeken en van op de top van de basaltformatie die bekend staat als Castle Ewan, zou ik het helemaal niet vreemd vinden hier mythische wezentjes te zien rondrennen. Ze verstoppen zich echter voor het ellendige weer. Dan maar naar de voet van de Black Cuillins, waar de kristalheldere poeltjes uit de rivier de Brittle beter bekend staan als The Fairy Pools. Misschien hebben we hier meer geluk? Bij zonnig weer zou het water hier turkoois blauw kleuren maar ook op deze grauwe, natte dag is het een feeëriek plaatje. Het enige waterwezen dat we spotten is echter een zwemster met muts, die na elke waterval opnieuw het ijzige water trotseert voor een foto. Niet magisch, wel moedig!






Camperplaats: Kinloch Campsite – kinloch-campsite.co.uk & Portnalong Pier – N57°20’11” – W6°25’4”

Schotland smaakt in elk geval naar meer. Liefst langer & verder en dus steken we misschien ooit wel een keertje toch het kanaal over met onze eigen camper. Kan ik meteen wat meer flessen van die overheerlijke whisky mee naar huis nemen. Onze kroost die is in elk geval helemaal pro!
1 Comment
Comments are closed.