Met de camper door de Provincie Antwerpen

Zwaanst na ni, welle ginge gewoen oep trot.
Bij roadtrippen denken we altijd aan verre einders, lange uren en route, vreemde talen. Heb je voor het gevoel van vrijheid een trip van duizenden kilometers nodig, of loert het gewoon om de hoek?
Dag 1
Op bezoek bij de Trappisten
De route: Kessel – Westmalle – Zoersel




Er worden geen zomerse temperaturen verwacht, dus gewapend met winterjassen, handschoenen en thermisch ondergoed bollen we de straat uit. ‘Zijn we er nú al?’ klinkt het wanneer we de parking van Café Trappisten oprijden. We rukken onze drie tieners van hun schermpjes los voor een abdijwandeling. Op de bordjes rondom de abdij vinden we QR-codes die ons leiden naar heel wat interessante informatie over het leven in de abdij van Westmalle, een digitale wandeling zowaar. Zo ontdekken we dat de bibliotheek van de abdij wel 50.000 boeken telt en dat het jaren duurt voor een monnik de plechtige geloften van armoede, gehoorzaamheid, monastieke levenswandel (simpelweg: je gedragen als een monnik) en stabiliteit aflegt. We kuieren rond het domein en genieten van de rust en de stilte. Dan spotten we de brouwerij. Wat heeft bier in godsnaam met monniken te maken? Vanaf 1836 mochten de monniken volgens de regels van hun orde de volksdrank van de streek drinken: water, melk én bier. Daarom startten ze een eigen brouwerij op, waar ze aanvankelijk Trappist produceerden voor eigen gebruik. Mmm, misschien is het toch niet zo erg, zo’n monnikenleven? Naast bier, maken de monniken ook hun eigen trappistenkaas. Zouden we hier aan de abdij dan toch terecht kunnen voor een hapje en een tapje? Voor een frisse Tripel hebben we de foute dag uitgekozen, die wordt enkel op vrijdag aan de brouwerijpoort verkocht. Jammer maar helaas, gelukkig scoren we wel een flink stuk kaas.
Meer info over de trappisten vind je hier.

Halte voor de nacht
Boer/beenhouwer Werner heet ons welkom op zijn rundvee- en schapenbedrijf met hoeveslagerij ‘t Zwarhof. We mogen onze camper parkeren op het groene parkeerveldje vlak naast de schapen. Ik neem een kijkje in de slagerij: hier komt het vlees nog recht van het veld. Nu voor de paasdagen ligt er vooral lamsvlees in de toog, het belandt die avond nog op ons bord. Vanaf de boerderij is het mooi wandelen, op een wip zitten we in het Schriekbos en het aangrenzende Zoerselbos. Achteraf genieten we uitgeput en met ons buikje rond van de stilte en een zalige nachtrust in de camper.
Dag 2
Eummeken deummeken oeëgen toren
De route: Zoersel – Wuustwezel













Wat doen we vandaag? Wandelen natuurlijk! Op de wandelkaart ontdekte ik vlak bij de Nederlandse grens het natuurgebied De Maatjes met een rietmoeras én een uitkijktoren. We klimmen over hekken, doorkruisen weiden en halen net geen natte voeten. Het hoogtepunt is de beklimming van de zeven meter hoge uitkijktoren De Klot, wat verwijst naar een klomp veen of turf. Tussen de jaren 1250 en 1750 werd hier op grote schaal turf ontgonnen, wat je vanop de uitkijktoren nog goed kunt zien aan het landschap. We balanceren op de grens met Nederland en een stille getuige daarvan is ‘den doodendraad’, een elektrische draadversperring langs de grens om spionage, smokkel en oversteken van verzetsleden tegen te houden.

Halte voor de nacht
Pippa Lotta is dol op ijsjes, zelfs met de ijskoude temperaturen en ze is door het dolle heen over ons volgende campergastbedrijf: Het Boerenijsje. Gelukkig voor de koukleumen hebben ze er ook warme wafels en overheerlijke pannenkoeken. En koeien, heel veel koeien. Van pasgeboren kalfjes tot uit de kluiten gewassen exemplaren. Onze schaarse kennis wordt uitgebreid door de informatiebordjes in de stallen. Wist jij bijvoorbeeld dat een koe maar maar een half uurtje slaapt per etmaal? En heb je ooit al eens van een koeiencarwash gehoord? Nee? Op naar het Boerenijsje dan!
Dag 3:
Wij zoeken de schat!
De route: Wuustwezel – Meer



Het is koud en winderig maar met z’n vijven een hele dag in de camper zitten is ook maar niks. Zodra de zon eventjes doorbreekt, gaan we op schattenjacht in recreatiedomein De Mosten. Dat klinkt veel beter dan wandelen, toch? Rondom de recreatievijver volgen we met de Geocaching app een parcours waarop we caches of schatten zoeken. Echt goed voorbereid ben ik niet, blijkbaar hadden we onder meer een pincet, een pen en een touwtje met een magneet nodig. Gelukkig zijn we naast chaotisch ook vindingrijk en zo krijgen we toch alle schatten uit hun schuilplaats. Het weer speelt ons echter parten: een echte sneeuwstorm jaagt ons naar onze warme en droge campercocon.

Halte voor de nacht
Zelfs tijdens de sneeuwvlaag worden we persoonlijk verwelkomd op het domein van Het Kakelhof. Marielle beveelt ons een laarzenwandeling door de weiden van nabijgelegen boerderijen aan maar het weer blijft bar slecht. We halen verse eitjes uit de automaat op de boerderij en verschansen ons in de camper met verse boerenomeletjes en Monopoly.
Dag 4:
Droog bij Kazerne Dossin
De route: Meer – Mechelen









Koud, kouder, koudst, zo kan ik deze paasvakantie het best omschrijven. En nat, dat ook. In de Mechelse Dossinkazerne is het behaaglijk warm, al bezorgt het museum me van tijd tot tijd toch koude rillingen. Naast museum is Kazerne Dossin vooral ook een plaats van herinnering. Van hieruit werden immers meer dan vijfentwintigduizend Joden, Roma en Sinti weggevoerd naar Auschwitz-Birkenau. Na onze campertrip naar Polen vorige zomer weten we maar al te goed wat voor een verschrikking dat was. Hier ontdekken we dat de bezette overheden vaak welwillend meewerkten aan de deportatie. En hoe zat het juist met het verzet? We ontdekken de tijdloze mechanismen van groepsdruk en collectief geweld en hoe die kunnen uitmonden in massamoord. Pippa Lotta volgt via een speurtocht op kindermaat aandachtig het verhaal van Simon Gronowski, het jongetje dat vertrok met het 20ste transport maar onderweg wist te ontsnappen. De tijdelijke tentoonstelling #fakeimages is vooral voor onze tieners heel actueel. Dagelijks worden we overspoeld door berichten en beelden via sociale media, op televisie en in de pers. Maar wat is er echt en wat fake? En hoe gevaarlijk is het gebruik van stereotypes? Het geeft ons allemaal behoorlijk wat stof tot nadenken. Met een rustgevende wandeling door het Mechels Broek maken we ons hoofd weer helemaal leeg. Een waterachtig zonnetje komt af en toe piepen en in de vogelkijkhut zorgt de stilte voor een zalig momentje onthaasting.

Halte voor de nacht
Een zwemvijver, een strand, verschillende speeltuinen, een skateramp,… het recreatiedomein De Nekker is een waar speelparadijs. Als de temperaturen meezitten toch. Elk nadeel heeft natuurlijk ook z’n voordeel: we hebben het hele domein quasi voor onszelf! De Mechelse binnenstad ligt op wandelafstand en ook daar is het heerlijk rustig. We dwalen door de knusse straatjes, zijn onder de indruk van de hoogte van de Sint-Romboutstoren en laten ons door het project Mechelen Muurt op sleeptouw nemen langs indrukwekkende streetart.
Dag 5:
Groentjes à volonté
De route: Mechelen – Sint-Katelijne-Waver



Mijn grootouders waren hoveniers en dus groeide ik op tussen de serres met tomaten en slaplantjes en hoorde ik wilde verhalen over de veiling. Wanneer ik lees over ’t Grom, een museum die een ode is aan de telers in de tuinbouw ben ik gefascineerd. En terecht blijkt, het museum besteedt niet alleen aandacht aan de ervaringen en technieken rond groenteteelt, we maken ook een reis door de tijd in geuren en kleuren, vormen en seizoenen. Voor mij is tegelijk het pure nostalgie en een blik op de toekomst. Het klimaat en de veranderende voedselproductie en -consumptie staan wereldwijd onder druk, we willen allemaal gezonder leven én eten. Geen betere manier dan onze kinderen bewust te maken van de uitdagingen en het belang van gezonde voeding. De audiogids met levensechte verhalen door Lucas van den Eynde overgiet alles met een boeiend en grappig sausje: een aanrader van begin tot einde.

Halte voor de nacht
Midden in het groen en met zicht op de tuinen van het groentemuseum is dit echt een idyllisch plekje om te overnachten. Bovendien is er geen verkeer en slapen we als roosjes.
Campergastbedrijven
Het aantal camperreizigers stijgt zienderogen en gelukkig spelen ook heel wat lokale besturen hier op in. Zo breidde ook de provincie Antwerpen het aantal overnachtingsmogelijkheden uit met een stevig aantal campergastbedrijven.
Camperwat? Campergastbedrijven zijn lokale ondernemers zoals o.a. horecazaken, brouwerijen, landbouwbedrijven die op hun parking campertoeristen een gratis overnachtingsplaats aanbieden voor maximaal 24 uur. De ondernemers kunnen hun gasten laten kennismaken met hun bedrijf, werkzaamheden en hun producten of diensten. Je bent als camperreiziger bij het bedrijf te gast en dus niet verplicht om iets te kopen. Daarnaast fungeren de bedrijven als een soort ambassadeurs voor de regio. Wie kent er beter de omgeving, de ontspanningsmogelijkheden en alle verscholen pareltjes dan de lokale ondernemers zelf?
Deze plaatsen zijn niet te verwarren met campings of kampeerautoparkings en er zijn geen voorzieningen zoals elektriciteit, water of een lozingspunt maar je kan er als toerist wél vanalles beleven.
Meer info over camperen in de provincie Antwerpen?